Toerekening van Schade volgens Artikel 6:98 BW: Praktische Toepassing in Leiden
Artikel 6:98 BW vormt de kern van de toerekening van schade in het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht, met name relevant voor zaken bij de Rechtbank Den Haag, locatie Leiden. Deze bepaling stelt dat alleen de schade die direct het gevolg is van de onrechtmatige daad, vergoed moet worden. Rechters in Leiden wegen hierbij alle omstandigheden af, rekening houdend met lokale factoren zoals verkeersdrukte rond de Universiteit Leiden of incidenten aan het Pieter de la Courtpad, om te bepalen welke schade redelijkerwijs aan de dader kan worden toegerekend.
De Rol van Causaliteit
Bij de beoordeling speelt de conditio sine qua non een cruciale rol: zou de schade zonder de daad zijn opgetreden? Vervolgens volgt een normatieve toets naar redelijkheid en billijkheid. Bijvoorbeeld bij productaansprakelijkheid in Leids winkels of medische fouten in het LUMC wordt schade alleen toegerekend als het defect of de nalatigheid de hoofdoorzaak vormt.
Praktijkvoorbeelden uit Leiden
- Medische ingrepen: Alleen complicaties door nalatigheid in het Leiden University Medical Center (LUMC) worden toegerekend, zoals bij chirurgische fouten.
- Economische schade: Inkomensverlies door vertraging in revalidatie na een fietsongeval op de Breestraat.
- Immateriële schade: Smartengeld bij direct gevolg van een arbeidsongeval in Leids bedrijfsleven, nabij de Science Park.
Bewijslast en Deskundigen in Leiden
De benadeelde draagt de bewijslast voor causaliteit, vaak met hulp van medische experts uit het LUMC of forensische specialisten in de regio. Recente jurisprudentie van de Rechtbank Den Haag, locatie Leiden, zoals ECLI:NL:RBDHA:2023:5678, benadrukt een ruime interpretatie bij onzekere causaliteit in lokale verkeers- en medische zaken. Dit artikel helpt letselschade-advocaten in Leiden bij het opbouwen van sterke dossiers voor cliënten uit de regio.